Het woord biodiversiteit hoor je vaak wel een paar keer per week in de nationale media voorbij komen. En hoe vaker we het horen hoe meer we het negeren.
Maar wat is Biodiversiteit?!
Levensgemeenschappen
Levende organismen zijn niet alleen afhankelijk van externe factoren. Alle organismen in een bepaald ecosysteem bestaan gelijktijdig met elkaar waardoor er evenwichten in het leefgebied zijn ontstaan.
Zo bestaat een levensgemeenschap uit producenten, consumenten en reducenten (ontleders). Dit evenwicht tussen de drie zorgt voor een systeem wat zich constant aan het ontwikkelen is.
Producenten
Dit zijn voornamelijk planten die fotosynthese gebruiken om an-organe stoffen uit de natuur halen en deze doormiddel van fotosynthese zetten ze deze stoffen om naar koolwaterstof verbindingen. Deze biologische verbindingen gebruiken ze uiteindelijk omzelf te groeien.
Consumenten
De zoogdier is een consument welke planten en schimmels eet om energie en bouwstoffen uit te halen. Maar bijvoorbeeld ook vogels en insecten zijn consumenten. De honinbij is een ook een belangrijke consument welke de belangrijke rol van bestuiving op zich heeft genomen. De mens is bijvoorbeeld belangrijk geweest omdat wij zaden verzamelden en verspreiden via onze ontlasting. Zo zijn er tal van directe en indirecte rollen die de consument toch belangrijk maakt in het ecosysteem.
Reducenten
Schimmels en fungi voeden zich op restmateriaal van producenten en consumenten. Schimmels zijn belangrijk omdat ze als enigste lignine (celwand van houtachtige planten) kunnen verteren en samen met bacteriën en insecten kunnen omzetten naar humus. Welke weer als voedingsbron geld voor een nieuwe generatie planten.
Naarmate de tijd verstrijkt en doordat het landschap zich ontwikkeld zal er een complexe levensgemeenschap ontstaan. Dit zijn geen individuen die naast elkaar leven maar direct en indirect een dynamische relatie met elkaar gaan vormen. En de soortenrijkdom van een leefgemeenschap wordt ook wel biodiversiteit genoemd.
Bio Complexiteit
In de natuur is er genoeg competitie de meeste soorten zijn afhankelijk van de voeding, ruimte en water die aanwezig is. Deze competitie maakt het mogelijk dat een ecosysteem zich constant kan ontwikkelen.
Bio Complexiteit is belangrijk omdat dit het voortbestaan van het ecosysteem kan garanderen. Een leefgemeenschap is dynamisch en heeft geen duidelijke grenzen wat ruimte en tijd betreft.
Een grote diversiteit geeft meer garantie dat de leefgemeenschap korte tegenslagen zoals ziekte en droogtes kan tegen gaan.
Zie het als een fundering van een gebouw, een gebouw met een goede diepe fundering zal minder kans hebben om weg te zakken. Omdat er genoeg heipalen onder staan waar het gebouw op kan leunen. Hoe minder heipalen hoe groter het risico voor het wegvallen voor het gebouw als er iets gebeurd.
De volgende factoren zijn belangrijk voor biodiversiteit.
Ecosysteem
Een duinrand heeft minder biodiversiteit dan een bos. In het bos zijn veel meer voedingstoffen en ruimte aanwezig om meer soorten toe te laten. Een bos is ook verticaal ontwikkeld wat het toelaat om meerdere planten toe te laten met meer hoogtes. Het type ecosysteem bepaald hoeveel soorten rijkdom er mogelijk is.
Soorten rijkdom
Soortenrijkdom zegt iets over het aantal soorten binnen een ecosysteem. Als er veel soorten aanwezig zijn zegt dat iets over de veerkracht van het ecosysteem. Bestuiving gebeurd voornamelijk door bijen, door veel soorten bijen te hebben wordt het risico dat bestuiving niet wordt uitgevoerd geminimaliseerd. Als er een bijensoort verdwijnt uit een ecosysteem kan bestuiving makkelijk opgevangen worden.
Genetica
Variatie in genetica is belangrijk om het voortbestaan van een soort te garanderen. Doordat het ecosysteem in de tijd veranderd moet een soort zich ook kunnen aanpassen. Kleine populaties met weinig genetisch variatie hebben een hogere kans op uitsterven.
Een nieuw balans
Een levensgemeenschap vindt vanzelf een equilibrium met zijn omgeving. Als er eenmaal een balans is gevonden ontstaat er vanzelf een stabiel ecosysteem.
Een ecosysteem is in staat om een beschadigd deel vanzelf te herstellen. Soorten zullen bijspringen om het gat wat ontstaan is binnen het gebied weer tot een geheel te herstellen.
Bij abrupte verandering of verstoring is het mogelijk dat het ecosysteem een nieuwe balans zoekt. Uiteindelijk zal dit wellicht door successie weer terug komen naar zijn climax staat.
Een ecosysteem heeft is niet aan te geven met grenzen en in tijd. Waar een bepaald ecosysteem ophoudt is moeilijk te zeggen. Alle levende organismen maken deel uit van een bepaald ecosysteem.
Mensen maken hierbij geen uitzondering, als soort maken we een harde groei mee. Deze groei heeft als gevolg dat we het klimaat veranderen en dat er leefgebieden anders worden ingericht.
Biodiversiteit verdwijnt en dit heeft uiteindelijk ook grote gevolgen voor de mens zelf. Hoe de toekomst eruit ziet is nog niet bekend, maar dat de wereld veranderd is zeker.
Het grote verschil tussen een mens en een ander organisme is dat we een neocortex hebben waar we logisch mee kunnen nadenken. Het is mogelijk om de wereld in te richten met een hoge bio complexiteit en alle mensen te voorzien van zijn basisbehoefte.
Globaal zijn de factoren aan het schuiven en zal er een nieuw balans ontstaan. Hoe deze eruit zal zien is nog niet bekend en is ook moeilijk te voorspellen omdat alle factoren nog niet bekend zijn.
Persoonlijk kan je helpen door bewust te leven en durven om te kijken naar de natuur. Het begint tenslotte bij jezelf te informeren.
Leave a Reply