• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

Landlooper.nl

Bestemming onbekend

  • Home
  • Imker Notities
  • Wolken
  • Over Mij
  • Vogels | Kraaien
  • Shop
  • Investeer in Natuur

Imkeren

(On)Bekende Bestuivers van Nederland

November 18, 2018 by admin Leave a Comment

honingbij

Bij bestuiving denken we al gauw aan bijen of vlinders. Echter zijn er ook een hoop andere insecten welke voor bestuiving zorgen. Deze groepen zijn minder opvallend maar zorgen er toch voor dat veel andere planten in de natuur bestoven worden.

Door de bloemen te bestuiven garandeer je het voortbestaan van een plantensoort. De overdracht van stuifmeel tussen planten zorgt voor zaadproductie wat weer voor nieuw nageslacht zorgt.

Onze gewassen in de landbouw worden voor het grootste gedeelte bestoven door de honingbij. De honingbij kan echter niet alles bestuiven en omdat deze bloemvast is. Zijn er heel veel soorten planten die niet bezocht worden.

Ook zijn er genoeg planten welke gewoon niet bestoven kunnen worden door de honingbij. Zo moet de wilde bremstruik het vooral van de hommel hebben. De bloem van de bremstruik is gesloten en als de hommel op de bloem gaat zitten komen de meeldraden te voorschijn.

En zo zijn er nog tal van voorbeelden waarbij plant en insect speciale relaties aangaan. Hierbeneden een overzicht van bestuivende insecten soorten.

Vliesvleugeligen (Hymenoptera)

Honingbijen

De honingbij is een effectieve bestuiver en werkt op grote schaal. Ze is vaak andere insecten voor als het gaat om drachtbronnen. Door zijn uitmuntende communicatie en de hoeveelheid ijverige zusters in het volk, heeft de honingbij voor een onuitwisbare rol gezorgd in onze samenleving.

Veel belangrijke gewassen die in de supermarkt verkrijgbaar zijn, zijn bestoven door honingbijen. De honingbij is een eusociaal insect wat naast mieren in deze lijst gezamelijk als kolonie overwinteren.

Een werksterbij kan tot op wel 5000 bloemen per dag bestuiven en met een paar duizend vliegbijen in het volk. speelt de honingbij een ontzettend belangrijke rol voor de bestuiving van planten.

Hommels

Deze goedmoedige brommers zijn net als de honingbij eusociaal. Hommels overwinteren echter niet als volk, alle werksters leven ook een beetje langs elkaar heen. 

Ik vind hommels misschien na de honing bij wel een van de leukste bijensoorten. Ze kunnen soms een beetje onhandig overkomen, maar het zijn ontzettend harde werkers.

Hommelkoninginnen vliegen al vroeg in het voorjaar, vaak al een paar weken voordat de honingbij zijn eerste vluchten weer maakt.

Hommels bestuiven hierbij bloemen, welke vroeg in het voorjaar al bloemen. Denk hierbij aan narcissen, krokussen, winterakoniek, winterklokjes en sleutelbloemen.

Je kan de hommel helpen door bijvoorbeeld een hommel pot of hommelkast in je tuin te plaatsen.

Solitaire bijen

Solitaire bijen leven zoals de naam al zegt vaak een solitair bestaan. In tegenstelling tot de honingbij welke in grote aantallen leven. Er zijn ongeveer zo’n 350 verschillende soorten bijen in Nederland waarvan de meeste solitaire bijen zijn.

In de media is er veel aandacht voor de achteruitgang voor de honingbij, maar het gaat eigenlijk nog veel slechter met de solitaire bijen. Veel soorten solitaire bijen hebben een specifieke band op gebouwd met inheemse plantensoorten.

Je kunt de solitaire bijen helpen door een bijenhotel in je tuin te zetten en inheemse bloemen in je tuin te planten. Honingbijen zijn erg bloemvast wat kan betekenen dat als er veel bloemen van de zelfde soort bloeien honingbijen niet alle soorten bloemen bestuiven. Solitaire bijen zijn daarom ook erg belangrijk in het bestuiven van de ‘overige’ inheemse soorten waar er minder van staan.

Solitaire bijen zijn daarom minder kieskeurig, ze vervullen daarom ook een rol van onschatbare waarden. Dus als je een moestuin heb kunnen hommels en solitaire bijen een belangrijke rol spelen voor je groenten. Als jij dus de bij helpt, geven zij daar gratis bestuiving voor terug.

Wespen

Over het algemeen heeft de wesp een negatief imago. Dit is eigenlijk niet terecht omdat wespen zeer nuttig werk doen. En het merendeel van de wespenfamilie vallen namelijk nooit mensen lastig.

Wespen ruimen veel schadelijke insecten op en veel wespen bestuiven ook verschillende planten soorten.

  • Zo zijn de bekende limonade wespen (gewone wesp en duitse wesp) hofleverancier voor de bestuiving van de brede wespenorchis (Epipactis helleborine).
  • Honing Wespen zijn de enigste wespen uit de wespenfamilie welke volledig vegetarisch zijn. De larven van de honingwesp hebben zowel stuifmeel als nectar nodig. Waarbij gewone wespen larve dierlijke eiwitten toegediend krijgen.

Mieren

Alhoewel bestuiving door mieren zelden voor komt, worden mieren er wel van verdacht dat ze planten bestuiven. Mieren klimmen en klauteren overal overheen op zoek naar voedsel. Hierbij drinken ze ook nectar of honingdauw, de kans is daarom ook groot dat ze hierbij stuifmeel verplaatsen naar andere bloemen en planten.

Twee vleugeligen (Diptera)

Daas of Paarden vlieg (Bibionids)

De Paarden vlieg is een effectieve bestuiver voor bloemen met een lange of diepe kelk. Door de lange tong kunnen ze de nectar bereiken. Dazen zijn bekend als bloedzuigers maar dit komt omdat vrouwtjes bloed nodig hebben om effectief eitjes te leggen. Persoonlijk wordt ik ook liever door een honingbij gestoken dan gebeten door een daas.

Zweefvlieg (Eristalis)

De zweefvlieg heeft vaak de kleuren van een bij of een wesp waardoor die vaak verward wordt voor iets gevaarlijks. Zweefvliegen zijn behoren tot de tweevleugeligen en kunnen zoals de naam al verklapt stilhangen in de lucht. Dit kan een vliesvleugeligen niet.

Volwassen zweefvliegen zijn uitstekende bestuivers, sommigen zweefvliegen leggen hun eitjes in de nesten van de hommel of wesp waarbij de larven leven van het ophopende afval in het nest. Zo recyclen ze de resten wat eventueel een bron van ziekten kan worden.

Er zijn meer soorten bijen in nederland dan zweefvliegen, ik maak me er zelf ook schuldig aan dat ik hier niet te veel van af weet. Voor een goed boek over zweefvliegen raad ik het boek van EIS. Klik hier voor een link.

Muggen

Muggen spelen een grote rol in de ecologische voedselketen. Ze zijn een belangrijke voedsel bron voor bijvoorbeeld zwaluwen, vleermuizen, libellen en vissen.

Het zijn vooral de vrouwtjes muggen welke voor mensen vervelend kunnen zijn omdat deze parasitair leven. Ze zuigen bloed af bij zoogdieren waar voedingsstoffen in zitten voor het ontwikkelen van de eitjes.

Wat veel mensen niet weten is dat mannetjesmuggen een belangrijke rol spelen in de het bestuiven van planten. Dit zijn voornamelijk waterplanten omdat de mug van drassige gebieden houdt.

Schubvleugeligen (Lepidoptera)

Vlinders

Vlinders fladderen wat af in hun leven van bloem naar bloem. Ze vliegen nooit in een rechte lijn maar weten wel met veel acrobatiek goed op de bloem te landen. Met hun lange snuit zuigen ze dan de nectar naar binnen.

Het fladderen van vlinders is een evolutionair trucje. Ze kunnen hiermee goed hun vijanden in de gaten houden, en in het geval er een vijand aankomt kunnen ze heel snel hun zwaartepunt verplaatsen waarbij ze hun eigen vliegpad heel snel kunnen corrigeren.

Naast dat ze goed kunnen fladderen zijn ze ook prachtig om naar te kijken.

Nachtvlinder

Lang wisten we niet wie de bestuiver was van de komeet orchidee (Angraecum sesquipedale) op madagaskar. De bloem heeft een 30 cm lange nectar buis. Wat onmogelijk lijkt om voor een bestuiver bij te komen. Charles darwin bekend van de evolutietheorie gaf aan dat er vast een mot moest zijn met zo’n lange zuigsnuit (proboscis).

Charles darwin heeft de mot zelf nooit gezien, maar hij had toch gelijk. De komeet orchidee krijgt nachtelijk bezoek van nachtvlinder met de latijnse naam Xanthopan morganii.

Dus motten zitten niet altijd in oude jassen maar er zijn genoeg soorten welke hun bijdrage doen aan het bestuiven van planten.  

Natuurlijk leuk zo’n nachtvlinder uit madagascar, maar deze kom je  in nederland natuurlijk niet tegen. 

Echter zijn er ook verschillende soorten nachtvlinders in nederland te vinden. Deze nachtvlinders vliegen vooral op anjers, teunisbloemen, lelies etc. De bestuiving van nachtvlinders is nog onderbelicht omdat het bloembezoek bijna niet wordt gevolgd s’nachts.

Filed Under: Imkeren Tagged With: bestuivers, bijen, insecten

Hoe honingbijen en hommels vliegen!

October 26, 2018 by admin Leave a Comment

In 1934 schreef Antoine Magnan een franse entomoloog dat hommels theoretisch niet konden vliegen. De grote van de hommel in vergelijking met het oppervlak van de vleugel klopte niet met de aerodynamische wetten waarmee vliegtuigen werden ontwikkeld.

Uiteraard was het natuurlijk makkelijk te verklaren dat de regels die eerder waren ontwikkeld voor vliegtuigen niet gelden voor hommels en andere vliesvleugeligen.

Hommels en andere vliesvleugeligen uit de hymenoptera familie gebruiken een ander manier van vliegen. Waar pas eigenlijk recentelijk meer over bekend is. Door middel van high speed imaging en andere filmtechnieken is het mogelijk om de methode van vliegende insecten nauwer te onderzoeken.

Het is nog steeds een groot raadsel in de evolutie waarom en hoe insecten vleugels hebben kunnen ontwikkelen. Maar het verschijnsel vliegende insecten is eigenlijk een van de belangrijkste ontwikkelingen geweest die er heeft kunnen plaatsvinden.

Natuurlijk denk je nu meteen dat we ze het liever niet gehad hadden omdat we dan ook geen muggen zouden hebben.

Alleen zonder vliegende insecten zouden er ook geen bijen en hommels zijn welke zorgen voor het bestuiven van ons eten. En zonder bestuiving zouden wij als lopende primaten ook nooit zover ontwikkeld zijn geweest.

Vliegende insecten hebben een van de snelste neurale netwerken ter wereld. Een honingbij slaat zijn vleugels ongeveer 230 keer per seconde en heeft in de tijd dat wij met onze ogen knipperen al kunnen anticiperen op eventueel gevaar of kunnen bijsturen naar een potentiële voedselbron. Ook als de bij in zijn vlucht van koers wijzigt, blijft het aantal vleugelslagen per seconde gelijk.

Maar hoe vliegen vliesvleugeligen?

Omdat ik de bouw van de honingbij al een keer behandeld heb neem ik de honingbij als voorbeeld als vliegend insect.

Om te kunnen vliegen zijn er drie dingen benodigd, namelijk en brein, vleugels en een motor.

Brein

Bijen hebben maar een klein brein waarmee ze alles kunnen doen. Door de grote facetogen aan de zijkant van hun kop kunnen ze 360 graden om zich heen kijken. Bijen kunnen niet helder zien, maar toch genoeg om eventuele obstakels of gevaar te ontwijken.

Samen met de antennes waarmee ze ruiken,proeven en voelen bepalen ze buiten de kast hun weg. Vliesvleugeligen hebben een van de snelste neurale netwerken ter wereld ze kunnen gigantisch snel schakelen.

Door de prikkels die ze binnenkrijgen en de eerdere communicatie met de bijen in het volk kunnen ze de juiste koers bepalen om het bloemenveld te bereiken.

Vleugels

De bij heeft vier vleugels, namelijk twee voor en twee achtervleugels. Als je een bij ziet vliegen lijkt het eerder dat de bij maar twee grotere vleugels heeft. De voor en achtervleugel zijn namelijk met elkaar verbonden doormiddel van kleine haakjes (hamuli) welke zich op de bovenkant van de achtervleugel bevindt. Het is niet mogelijk voor bijen om de vleugels onafhankelijk van elkaar te bewegen.

honingbij vleugels
honingbij vleugels

Motor

Bijen hebben natuurlijk geen kleine straalmotor om zich voor te stuwen. De voorwaartse beweging wordt geleverd door de spieren in de thorax (tussen lijf). Deze spieren zorgen voor de neerslaande vleugelbeweging.

Er bevinden zich twee soorten kracht spieren in de thorax. Namelijk horizontale en verticale spieren. de verticale spieren bevinden zich onder en de horizontale spieren boven. Samen zorgen ze voor de vleugel bewegingen.

honingbij vliegspieren
honingbij vliegspieren

Bijen sturen door de vleugel hoek waarmee ze vliegen aan te passen. Dit doen ze met speciale “besturing” spieren die onder de verticale en horizontale spieren liggen.

spieren bij
spieren bij

Je kan de functie van deze spieren vergelijken met een trekveer. De spanning van de veer wordt minder als de vleugel verder moet reiken.

Door deze drie dingen te combineren kan een bij zijn vleugelslag en route bepalen. Door het neerslaan van de vleugels creëren bijen en andere insecten een vortex welke in het engels ook wel “lead edge vortex”wordt genoemd.

Het gebruik van een lead edge vortex is namelijk anders dan hoe vliegtuigen hun primaire opwaartse kracht genereren. Een vleugelprofiel van een vliegtuig genereert lift door de vorm.

De bovenkant heeft een langere afstand dan de onderkant waarbij er bij snelheid een drukverschil aan de onderkant bestaat welke opwaartse druk genereert.

Insecten slaan telkens een lucht werveling naar voren waar ze eigenlijk heel kort op blijven hangen. Door dit op hoge frequentie te doen kunnen ze eigenlijk in de lucht blijven zweven of vooruit vliegen.

Het slag patroon ziet er ongeveer als volgt uit.

patroon vleugelpunt
patroon vleugelpunt

Dit is eigenlijk heel kort uitgelegd hoe bijen vliegen. Ik blijf me toch altijd verwonderen als ik bijen zie vliegen omdat ze toch met veel precisie bij een bloem kunnen blijven hangen.  Of op een vliegplank kunnen landen welke maar een paar centimeter breed is.

Blijf je verwonderen en blijf naar je dames kijken. Door observatie leer je het meeste en bijkomend is het ook nog is rustgevend.

Filed Under: Imkeren Tagged With: anatomie, bij vliegen, hymenoptera

Help de hommel! Geef ze een thuis | Hommelkasten

October 22, 2018 by admin 1 Comment

hommelkast real estate
hommel real estate

Hommels hebben het net als de honingbij en solitaire bijen steeds moeilijker. Een blije hommel heeft twee dingen nodig en dat zijn bloemen en huisvesting. Jij kan de hommel helpen door deze nestgelegenheid te geven, waar de hommel kan gaan wonen. Je wordt dan als het ware een “hommel imker”.

De hommel leeft net als de honingbij in een kolonie met een honderdtal andere hommels. In de natuur gebruikt de hommel (aanvankelijk van de soort) een vogelnest of muizenhol. In de vogelkast of muizenhol moet (oud) nestmateriaal aanwezig zijn. De hommel is namelijk zelf niet in staat om nestmateriaal te verzamelen.

Helaas zijn er zulk soort nestgelegenheden steeds minder beschikbaar. Dit komt met name omdat wij als Nederlanders alles netjes bijhouden en oude nestkasten opruimen om volgend jaar weer een nieuw broednest musjes te hebben.

Gelukkig kunnen we de hommel een handje helpen. Het is heel makkelijk en goedkoop om zelf nestgelegenheid te creëren. En hommels zijn soms efficiëntere bestuivers dan honingbijen wat voordeel kan opleveren als je een moestuin hebt. Door hommels uit te nodigen heb je gratis bestuiving van de lokale planten en daarnaast  is geweldig om de hommels door het seizoen bezig te zien.

Hommels zijn eenmalig dus eind september als de hommels niet meer vliegen kan alles opgeruimd worden. Dus je kan per jaar besluiten of je hommels in je tuin wilt of niet. Natuurlijk is het ook afhankelijk van de hommel of ze jouw gecreëerde nestgelegenheid kiezen.

Of om zelf aan de slag te gaan scroll naar onder.

Maar wat heb je nodig voor de hommelkast of hommelpot?

Je hebt 3 dingen nodig om nestgelegenheid te creëren

Locatie

De meeste hommels maken het nest op grond niveau, dit doen ze het liefst in de schaduw omdat de hommel niet houdt van felle zon. Ook moet de locatie droog zijn met goede drainage. Het is belangrijk dat het nest niet nat kan worden, hommels stoppen veel energie in het warmhouden van het broednest en water kan voor sterke afkoeling zorgen.

Voorbeelden van zulke locaties bevinden zich onder heggen, banken en langs schuttingen of andere afrasteringen. Hommels blijven relatief dicht bij huis dus het liefst moeten er binnen een straal van een kilometer veel bloemen aanwezig zijn.

Wat betreft bloemen zijn hommels minder “bloemvast” dan honingbijen. Zolang er veel bloemen van dezelfde soort bloeien, blijven ze deze bestuiven. Honingbijen doen ook de bijendans om elkaar te vertellen waar de bloemen zich bevinden.

Dit is niet het geval bij hommels, hommels zijn individualisten en elke hommel in een nest kan met stuifmeel van een verschillende soort thuis komen. Ze zoeken allemaal zelf een beetje de weg.

Nestmateriaal

Omdat hommels in het wild gebruik maken van oude nesten, moet je als je nestgelegenheid wilt aanbieden ook zorgen voor nestmateriaal.

Je kan het beste een combinatie gebruiken van wat grover en fijn materiaal. Bijvoorbeeld een combinatie van grof zaagsel en kapok of eventueel hooi en mos. Als je het nestmateriaal in de broedkamer van de kast legt is het belangrijk de eerste paar centimeter vrij te laten. Zodat de koningin niet tegen een muur van nestmateriaal oploopt.

Waar mogelijk is het aan te raden om een holletje te maken in het nestmateriaal. De hommelkoningin kan het hierdoor iets makkelijker accepteren.

Hommels gebruiken natuurlijk het liefst oud nestmateriaal wat achter is gelaten door een muis of vogel. Natuurlijk is het lastig om een oud nest in de natuur te vinden. Wat je kan doen is een oud nest van een muis uit de dierenwinkel gebruiken of zelf wat gedroogd gras en mos samenvoegen met wat muizenkeutels.

Zo heeft het gemaakte nest toch de lucht van de muis en is het wellicht makkelijker voor de hommel om deze te vinden. Echter ik denk als je een goede locatie uitzoekt dit niet nodig is. In het voorjaar vliegen hommels altijd in een zigzag patroon over de grond op zoek naar een geschikt nest. De geur van een oud nest kan eventueel helpen.

Huisvesting

Er zijn vele manieren om huisvesting aan de hommel te geven hier zullen we er twee bespreken.  Namelijk de terracotta pot en de hommelkast.

Terracottapot

hommelnest doorsnee
hommelnest doorsnee (Best trots op het plaatje)

Deze methode is geschikt voor de meeste hommelsoorten welke graag op de grond een nest willen bouwen. [e.g. akkerhommel, aardhommel etc.]

wat heb je nodig:


– Terracotta pot met een diameter groter dan 20 cm.
– Gaas: kippengaas is prima, gaas met fijnere mazen is prima. Probeer grotere mazen te vermijden.
– Tuinslang: een standaard 18 mm tuinslang is voldoende.benodigde lengte is ongeveer tussen de 30 en 50 centimeter.
– Badmaker tegel of leisteen + wat kleinere kiezels.

  1. Zoek een geschikte locatie.
  2. Als er nog geen gat aan de onderkant van de terracotta pot zit, boor dan een gat in het midden voor voldoende luchtventilatie.
  3. Pak het kippengaas en buig de uiteinde zo dat deze in de pot past.
  4. Sla met een spijker, drainage gaten door de onderkant van de tuinslang. Dit om eventueel water wat in de tuinslang is gelopen na een regenbui weg te laten lopen.
  5. Bereid de plek voor waar je de hommelpot wilt plaatsen. Graaf ongeveer 4 tot 5 centimeter af en leg daar het kippengaas neer. Onder het kippengaas kan je eventueel wat grind leggen om een scheiding te maken tussen de aarde en het nest.
  6. Maak een geul en leg daar de tuinslang in. Zorg ervoor dat de drainage gaten naar beneden wijzen. Anders loopt het water de slang in en loopt het niet meer weg.
  7. Leg het nestmateriaal op het kippengaas en zet de pot over het kippengaas en de tuinslang. Schuif daarna de uitgegraven grond weer terug zodat de terracotta pot ligt is ingegraven.
  8. Leg wat kleinere kiezels op de bovenkant (of onderkant?) van de pot. Leg daarna de leisteen of badkamer tegel op de kiezels om inregenen te voorkomen. De kiezels zijn voor de luchtcirculatie tussen de pot en tegel.

Hommelkast

De boomhommel gebruikt graag oude nestkasten om een nest te maken. En omdat jij natuurlijk de nestkasten voor de musjes en mezen in je tuin wilt gebruiken. Kan je als alternatief een hommelkast in je tuin hangen.

Het mooie aan een hommelkast is dat je deze ook dicht bij de grond kan zetten en ook hommels uit kan nodigen welke normaal ook in de grond een nest bouwen.

Een nestkast is te verkrijgen bij een bol.com of je kan er makkelijk zelf eentje maken. 

Tijd van plaatsing

Hommelkoninginnen zoeken altijd rond februari een nestgelegenheid. Het beste zou dan zijn dat je een hommelnest voor de winter begint klaar hebt staan. Zo kan je ook controleren dat er geen problemen zijn met je hommelpot of kast.

Door hem al vroeg te plaatsen kan je controleren dat er geen water in de slang blijft staan en het nest niet vochtig wordt. Wanneer je hier zeker van bent kan je het hommelnest gerust een lange tijd met rust laten. 

Dus zorg altijd dat je hem plaatst vroeg in het voorjaar voordat de hommels wakker worden of plaatst de kast in de herfst. Als je het in de herfst doet kan je zomaar een overwinterende hommelkoningin in je kast vinden.

Mocht je geen hommelkoningin in je nestkast of pot krijgen laat dan het nest gewoon staan en wellicht is er in het volgende jaar meer geluk. Zorg dat je veel bloemrijke planten in je tuin hebt staan. Dan heb je grote kans dat de hommels je toch nog komen bezoeken.

Filed Under: Imkeren Tagged With: hommelkast, hommelnest, hommelpot, hommels

Honing | Introductie voor Bewuste Consumenten

October 9, 2018 by admin Leave a Comment

Verzegelde honing op raat met werkbijen
Verzegelde honing op raat met werkbijen

Honing is het meest bekende product van de bij, ze is tenslotte vernoemd naar het gele goud wat ze produceren. De imker neemt overtollig honing van zijn bijenvolk af om te verkopen of zelf op te eten.

Wat mij opvalt is dat er te weinig bekend is over honing en dat de meeste mensen denken dat alle honing hetzelfde is. Soms geef ik wel is een pot weg aan familie of vrienden, hierdoor kreeg ik ook vragen over honing. En ik realiseerde mezelf dat ik ook geen idee had over wat de bijen produceerden.

Mijn kennis over honing is gelukkig iets meer gegroeid de afgelopen jaren. Waardoor ik wel redelijk wat kan vertellen over honing.

Wat is honing?!

Naast stuifmeel is honing het belangrijkste voedsel voor bijen. Bijen hebben een volledig plantaardig dieet en maken honing als brandstof.

Honing wordt gemaakt van de nectar van bloemen. Deze nectar wordt verzameld door de werkbijen van het bijenvolk en deze foerageren over duizenden bloemen per dag.

De nectar halen ze uit de nectarklieren van de bloem, met de bijentong zuigen ze deze op. Daarna wordt de nectar opgeslagen in de honingmaag en de bij voegt hier speciale enzymen aan toe. De enzymen zetten de suikers in de nectar om naar simpelere suikers welke beter te verteren zijn.

Als de bij onderweg genoeg nectar heeft gegeten zal zij huiswaarts keren. De andere werksterbijen staan al op haar te wachten en de nectar zal overgeven worden aan de werksterbijen welke in de kast blijven. Omdat de nectar met de speciale enzymen nog geen honing is zullen de bijen verder aan de slag moeten.

Omdat de nectar nog veel water bevat, zal de nectar ingedikt moeten worden. Dit gebeurd in twee fases, de nectar welke de werkster heeft ontvangen zal eerst ‘gewurgd’ worden. De werkster zal de nectar over haar tong heen rollen en deze continu weer inslikken.

Doordat ze dit doet zal het water in de nectar verdampen. Soms zie je wel is dat werksterbijen dit samen doen (zie foto). Nadat de helft van het water verdampt is begint het al steeds meer op honing te lijken.

Als de werkster klaar is met ‘wurgen’ zal de nectar in een cel gestopt worden waarbij het laatste water in een periode van een paar dagen kan verdampen.

Als het nectar helemaal is ingedikt en het uiteindelijk honing is geworden zullen de bijen de volle honingcel afdekken met een klein laagje was.

overdracht nectar
Overdracht nectar, waardoor het water verdampt.

Rauwe of bewerkte honing

Als imker krijg ik vaak de vraag of mijn honing bewerkt is. Toen ik deze vraag voor het eerst hoorde, stond ik een beetje perplex, omdat ik niet wist wat ik moest denken bij deze vraag.

Ik dacht bij mezelf, tuurlijk is mijn honing bewerkt, mijn dames hebben zo hun best gedaan om die prachtige honing te maken. Vragen of het bewerkt was vond ik als eerste, een kleine belediging naar mijn dames toe.

Wat eigenlijk met ‘bewerkt’ bedoeld wordt; is de honing verwarmd?

Verwarmen van de honing gebeurd veel om de honing meer vloeibaar te maken zodat je deze gemakkelijker in potjes kan stoppen.

Doordat honing (natuurlijke) suikers bevat kan honing kristalliseren en omdat honing op de wereldmarkt in grote vaten wordt verhandeld en verscheept. Wordt het vat eerst verwarmd om deze weer vloeibaar te maken.

Als de honing extreem verwarmt wordt kunnen de eiwitten en vitaminen in de honing kapot gaan. Hierdoor verliest de honing zijn ‘gezonde’ voedingswaarde.

Honing kan dus verwarmd worden tot 40 graden Celsius, hogere temperaturen zullen de goede stoffen in honing kapot gaan.

Daarom moet je dus ook nooit honing in je hete thee gooien. Hierdoor gaan ook de goede stoffen in honing kapot. Het is natuurlijk zonde van de honing als dit gebeurd, als dit gebeurd is de honing te vergelijken met gewoon tafelsuiker.

Als honing gekristalliseerd is kan je deze weer vloeibaar maken door het in een bak water te leggen welke ongeveer 40 graden is.

Soorten honing volgens de Wet

Honing is ingedikte verzameling nectar van duizenden bloemen van allemaal verschillende soorten. Elke honing is daarom uniek en bevat zijn eigen botanische blauwdruk.

In de supermarkt is er vaak bloemen of gewone honing te verkrijgen. Het kenmerk van bloemenhoning is dat deze gekristalliseerd is en de gewone honing heeft de kenmerkende gouden kleur. Echter zijn er vele andere soorten te verkrijgen.

Om het soort honing te kunnen determineren worden de pollen in de honing geteld. bijvoorbeeld linde honing moet minimaal 20% van het pollen aandeel in de honing hebben. En bijvoorbeeld phacelia 90% van het pollen aandeel. Het verschil in percentage komt door het aantal pollen wat de plant afgeeft.

Volgens de warenwetbesluit honing zijn er verschillende honingsoorten omschreven. Bloemenhoning, nectar honing, honingdauwhoning, raathoning, brokhoning, raatbrokken in honing, lekhoning, slingerhoning, pershoning, gefilterde honing of bakkershoning

Waarbij het verschil tussen bloemenhoning en honingdauw honing, de oorsprong van de honing niet uit nectar bestaat maar uit honingdauw. Honingdauw wordt geproduceerd door blad en schildluizen. Deze halen sap uit planten welke ze gebruiken als voedsel. Nadat ze de benodigde voedingsstoffen uit het sap hebben gehaald scheiden ze honingdauw uit. Deze honingdauw hoopt zich op, op de bladeren van de plant. Waarna ze worden verzameld door mieren en bijen.

Het kenmerk van raathoning is dat de verkregen honing geheel nog in de oorspronkelijke honingraat zit. De cellen zijn dan nog steeds afgedekt met was, als imker mag je geen waswafels voor deze honing gebruiken en moet de raat geheel uit natuurraat bestaan.

Deze zelfde honingraat kan ook in stukken worden gebroken en dan in losse honingpotten gestopt worden. De potten worden dan met honing afgevuld waarna brokhoning of raatbrokken in honing verkrijgt.

Slingerhoning of Pershoning kan verwijzen naar de methode waarbij de honing verkregen is. De honing kan ofwel koud geslingerd zijn of bij stijvere honingsoorten geperst worden. Beide methodes hebben voor en nadelen.

In het geval val lekhoning wordt er verwezen naar honing die uit de geopende raat gelekt is. Bij het slingeren haal je de celletjes van de raat af, hierbij gebruik je een ontzegelbak. Tijdens het ontzegelen kan er honing in deze bak vallen. Dit kan de imker verzamelen en verkopen als lekhoning.

Als laatste is er nog gefilterde honing en bakkershoning, deze honing is ontdaan van vreemde anorganische of organische stoffen. Je moet dan denken aan pollen en andere enzymen. Filteren gebeurd door een speciale machine welke de honing onder hoge druk langs een heel fijn filter verplaatst. Pollen kun je namelijk niet uit filteren met een gewone honingzeef.

Naast de wettelijk bepaalde soorten zijn er ook nog de crème honing, honing van een specifieke plant (e.g. klaverhoning, linde honing etc.) en voorjaars en zomer honing.

Crèmehoning is kenmerkend aan zijn smeuïge substantie. Vaak is dit een imker eigen specialiteit. Crème Honing is te verkrijgen door honing te ‘enten’ met een gekristalliseerde honing met een fijne suiker structuur. De structuur wordt door de crèmehoning geroerd waardoor de honing de fijne suikerstructuur overneemt. Het is van belang dat er dagelijks geroerd wordt in de honing tot de honing volledig gekristalliseerd is.

Honing kan ook als klantspecifiek verkocht worden. In dit geval bevat de honing een merendeel nectar van een specifieke plant. Bijvoorbeeld klaver, linde of een andere bloemensoort. Er zijn bepaalde richtlijnen om honing naar een specifieke plant te classificeren. Meestal worden de aanwezige pollen in de honing geteld.

Voorjaarshoning en zomerhoning kan verwijzen naar het jaargetijde waarin de honing is verzameld en geoogst. Als een imker veel honing heeft kan deze 2 keer per jaar oogsten, als deze niet weet van welke planten de honing af komt kan de imker zijn honing vernoemen naar het seizoen.

Etiket regels

Kort samengevat moeten de de volgende dingen op het etiket staan: vermelding van het product ‘honing’, land van herkomst, gewicht, productiecode (batchnummer), houdbaarheidsaanduiding en het adres van de verkoper.

Beneden vind je een voorbeeld van een honing etiket. Dit etiket gebruik ik voor me eigen honing, ik heb voor dit geval wat data veranderd.

honingetiket
honingetiket

Op het etiket moet “Tenminste houdbaar tot” voluit geschreven zijn. De houdbaarheid is makkelijk te bepalen aan de hand van het vocht gehalte. Dit wordt gemeten met een refractometer. Het vochtgehalte mag niet hoger zijn 20%, bij dit percentage is de honing ongeveer 3 maanden houdbaar. Bij 19% is de honing 12 maanden houdbaar en bij 18% – 18 maanden en 17% – 24 maanden. Honing mag na 2 jaar niet meer verkocht worden. Uiteraard kan het nog wel eetbaar zijn.

Verder moet de herkomst vermeld staan, lokale imkers zetten hier meestal gewoon nederland op. Honing leveranciers zetten vaak EG (Europa) Honing of Non EG (buiten europa) honing op het etiket.

Gewicht staat vaak in grammen aan gegeven. Verder staat er een productie nummer of batchnummer op het etiket. De honing die je verkoopt moet ook traceerbaar zijn mocht er wat mis mee zijn.

Ik als klein imker welke maar een paar potjes per jaar heb, begin meestal met het jaar van oogsten en zet er eventueel een maand bij en locatie nummer (e.g. 20xx0x01). Er zijn namelijk geen regels verbonden over wat voor nummer je gebruikt. Als het maar in je administratie te traceren is.

Er moeten geen medische claims op het honingetiket staan, mocht dit zo zijn dan valt de honing onder de geneesmiddelenwet. En dit niet toegestaan omdat er geen medische claims gedaan mogen worden betreffende voedingsmiddelen.

Herkomst van honing in de praktijk


Zoals boven beschreven is honing in alle soorten en maten te verkrijgen. Echter krijg ik soms de vraag waarom mijn honing duurder is dan degene welke in de supermarkt te verkrijgen is.

Het antwoord is hierop vrij eenvoudig, de honing in de supermarkt is geen lokale honing. De meeste honing leveranciers kopen honing per vaten in en mengen deze tot een specifieke honingsoort welke de supermarkt wilt hebben.

Wanneer een supermarkt bijvoorbeeld een goudkleurige honing met een specifieke smaak wilt hebben voor een bepaalde prijs.

De honing leverancier mengt de gevraagde honing, dus honing die je in de supermarkt koopt kan dus een combinatie hebben van verschillende honingen.

Op het etiket kan het volgende staan ‘gemengde EG honing’ (afkomstig uit europa) of ‘gemengde niet-EG-honing’ (afkomstig buiten europa) of ‘gemengde EG- en niet-EG-honing’ (duurdere EU honing gemengd met goedkopere Niet EU honing).

Helaas is er ook binnen de honing industrie een hoop gesjoemel, vooral in china wordt er honing ‘vervalst’. In china hebben ze een manier gevonden om honing te maken zonder dat er een bij aan te pas komt.

Ik beweer niet dat je in de supermarkt geen goede honing kan kopen. Echter wil ik wel waarschuwen dat de herkomst niet altijd bepaald kan worden. Honing leveranciers doen natuurlijk hun best om dit goed te controleren. Maar sommige dingen zijn nog niet te controleren.

Als je zeker wilt zijn van de herkomst kan je een pollenanalyse van de honing doen. Via de pollen kan je analyseren van welke planten de honing af komt. Vaak zit er in supermarkt honing pollen welke niet op ons continent groeien.

Wilt u daarom zeker zijn van de herkomst, koop dan honing bij een imkerij of lokale imker. Je haalt dan letterlijk je honing bij de bron vandaan.

En vergeet niet te genieten van je honing.

Filed Under: Imkeren Tagged With: honing, nectar, Stuifmeel

Het “Waarom” van Bijen inspecties en Kastcontroles

September 4, 2018 by admin 2 Comments

Bijen raten lichten
Raampjes lossen

Als een aspirant imker ben je de beginnerscursus aan het volgen. Alles is duidelijk tijdens de lessen en als je vragen hebt is er altijd hulp dichtbij.

Maar dan?!

Heb je zelf een bijenvolk en sta je daar goed willig de eerste keer met alle goede moed, je doet de kast open en al het advies van de cursus lijkt allemaal vergeten. Je roert door een bak met 40 duizend bijen en je vraagt je in godsnaam af wat je aan het doen bent.

Althans zo ging het bij mij, ik deed een kast inspectie omdat we dat op de cursus ook deden. Ik heb een hoop fouten gemaakt tijdens mijn eerste jaren en ben met schade en schande wijzer geworden.

Door een hoop te lezen en een hoop advies te vragen van ervaren imkers, heb ik mijn eigen werkwije kunnen ontwikkelen. In dit artikel ga ik in op de “Waarom” van bijen inspecties. De inspecties die hier beschreven zijn, zijn gebaseerd op de “Aalstermethode”.

Het “waarom?” van bijenkast inspecties

Voor een succesvolle inspectie in het belangrijk om altijd vooruit te plannen.

Elke inspectie heeft een doel!

Kast inspecties gebeuren niet omdat de imker dat leuk vind. Een inspectie is eigenlijk maar een klein onderdeel van het bijenhouden. Ontwikkel voordat je de inspectie uitvoert een plan, met een goed plan kan je meer van de kastcontrole genieten.

Als je voor het eerst alleen een inspectie uitvoert kan er veel gebeuren. En de kans dat er wat misgaat is ook aanwezig. Ik heb nog nooit een beginner gehoord die het gelijk helemaal goed deed. Wees open over je fouten en leer hiervan.

Het is aan te raden dat je je eigen werkwijzen en rituelen ontwikkeld. Hierdoor gaan inspecties in de toekomst alleen maar soepeler.

Als je een kast opent zijn er altijd een paar dingen waar ik naar kijk.

Gezondheid van het bijenvolk

Ik kijk vaak naar het gedrag van het volk, je kan aan een gezond volk zien dat deze erg energiek en levendig zijn.

Een gezond volk komt ook thuis met genoeg stuifmeel en nectar. Als ik op een mooie voorjaarsdag mijn bijen actief zie vliegen wordt ik daar een vrolijk mens van.

Mocht je iets vreemds zien, bijvoorbeeld bijen die langzamer bewegen of met verfrommelde vleugeltjes dan is het aan te raden om verder te controleren op ziekten.

Controleer op mijten, deze kunnen bijdragen aan de verdwijnziekte van bijen (ook wel CCD, Colony Collapse Disorder genoemd). Mocht je er niet uitkomen vraag om hulp aan andere imkers.

Ruimte in kast

Vroeg in het voorjaar wanneer het bijenvolk op 6 ramen zit en het volk staat op 1 broedkamer. is het tijd om een tweede broedkamer of honingkamer te geven. De bijen hebben de ruimte nodig om hun broednest uit te breiden en voedsel in op te slaan.

Wanneer de eerste drachten beginnen te stromen, hebben de bijen ruimte nodig om de binnenkomende nectar op te slaan. Nectar is voor het bijenvolk een prioriteit, wanneer de bloemen overtollig nectar geven kunnen de bijen nectar halen als prioriteit nummer 1 zien.

De werkbijen zullen bij ruimte te kort, de lege cellen in het broednest vullen met nectar. Doordat de koningin hierdoor geen eieren meer kan leggen zal de zwermdrift aangewakkerd worden. Dus als je nectar in het broednest ziet is het belangrijk om ruimte te geven aan het volk.

Zorg altijd voor voldoende ruimte in de kast, liever 1 honingkamer te veel dan te weinig. Als de bijen genoeg ruimte hebben kan de zwermstemming vertraagd worden.

Ei leggende koningin

Dit is een van de meest belangrijkste dingen waar ik naar kijk. Het is niet nodig om de koningin te zien tijdens een kast inspectie.

Je controleert op eitjes en BRIAS (BRoed In Alle Stadia) en als deze aanwezig zijn, kun je ervan uitgaan dat de koningin de afgelopen drie dagen nog leefden. Mocht het zo zijn dat er meerdere eitjes in een cel zitten dan kan je last hebben van een eier leggende werkster.

Wanneer er geen eitjes aanwezig zijn kijk dan voor larven. Als je deze ook niet kan vinden, is het mogelijk dat het bijenvolk moerloos is.

Meestal controleer ik dan de gehele kast en kijk naar gesloten koninginnendoppen. Als ik al open doppen vind is er waarschijnlijk al een nieuwe koningin geboren en het beste is dan om te wachten tot de volgende inspectie.

Bijen kweken meestal zelf een nieuwe koningin, al het bijenvolk moerloos blijft. Kun je een een raam met eitjes in het volk hangen of het volk samenvoegen met een aflegger.

Aan het gedrag van bijen kun je ook zien of de bijen moerloos zijn. Ze komen niet meer met stuifmeel thuis en gedragen zich chagrijnig.

Hoe lang mag een kastinspectie duren?

Elke imker heeft zijn eigen methodes bij de kast controle, het is belangrijk dat je dat als beginnend imker ook doet..

Persoonlijk houd ik ervan om een kast inspectie zo kort mogelijk te houden. Ik noem dat “pragmatisch” imkeren en controleer alleen het hoognodige. Ik begin altijd met een kleine observatie bij de vliegplank, hoe actief zijn de bijen en nemen ze stuifmeel mee de kast in.

Alsvolgt haal ik de dekplank eraf en kijk heel even in de honingkamer. De honingkamer gaat er daarna af en ik kijk direct in het broednest. Als ik eitjes zie in de eerste ramen en de zwerm tekenen zijn minimaal dan gaat de kast dicht en wens ik de bijen veel succes.

Eens in de paar weken ga ik de kast helemaal door en doe een grondige inspectie. Ik geloof er heilig in dat bijen het veel beter doen als zij niet te veel gestoord worden.

Honingbijen hebben een heel complex communicatiesysteem met feromonen en trillingen en ik persoonlijk dat de bijen gedesoriënteerd raken door lange inspecties. Met de bijen inspecties faciliteer ik alleen waar nodig.

Er is geen goed of slechte methode van inspecties doen, als je altijd maar het beste met het bijenvolk voor hebt. Als beginner moet je niet te snel willen werken, neem vooral de tijd en werk je plan uit. Met meer ervaring komen ook snellere inspecties.

Wanneer welke inspectie?

Er zijn verschillende werkzaamheden voor de imker door het bijenjaar heen. Hier onder een opsomming van verschillende inspecties.

Bijenkast voer controle

Vroeg in het jaar (ongeveer eind januari), kijken we of de bijen nog voldoende voer in de kast hebben. Het is nog te koud voor de eerste kast controle en de lente laat nog even op zich wachten. De imker moet er voor zorgen dat de bijen niet het loodje leggen net voor de lente.

We kunnen de schuiflade van het bijenvolk controleren op wasmul. De bijen vormen een tros om het wintervoer heen. De tros start vooraan in de kast en werkt zich een weg door de voedselvoorraad naar achteren.

De bijen knagen de was van de volle honing cellen en laten deze wasmul vallen. De imker kan hierdoor zien waar de bijentros zich in de kast bevindt.

Als er veel wasmul op de schuif la ligt is en de kast is licht van gewicht, is het tijd om voer bij te geven.

Suikerwater geven heeft geen zin rond deze tijd, omdat de bijen dit niet op kunnen nemen. Daarom kun je wellicht het beste fondant geven. Fondant kun je kopen of gemakkelijk zelf* te maken. Dit kan je gewoon op de toplatten leggen en de bijen verdunnen deze suikerkoek met condens vanuit de kast.

Na de voedselcontrole maak je de schuif la schoon. Zo voorkom je een broednest van bacteriën en schimmels.

*DIY fondant recept onderaan dit artikel

Voorjaarscontrole

Als de lente weer is aangebroken en de eerste bloemen staan in bloei dan staan de meeste imkers weer te trappelen voor de voorjaarsinspectie.

De eerste reinigingsvlucht is al gedaan en de bijen zijn al volop bezig om zich voor te bereiden voor het nieuwe seizoen.

Een voorjaarsinspectie moet nooit te vroeg uitgevoerd worden, het is nog vroeg in het seizoen en de temperaturen zijn nog relatief laag. De bijen hebben al een broednest en houden deze op 35 graden Celsius wat kostbare energie kost.

Mijn eerste voorjaarsinspectie is vaak eind april wanneer de temperaturen rond de 16/17 graden liggen. Het temperatuurverschil is dus een kleine 20 graden met buiten, een goed geplande en efficiënt uitgevoerde inspectie is dus belangrijk.

Tijdens de inspectie kijk je naar de conditie van het bijenvolk. Je kan kijken naar:

  • Op hoeveel ramen broed zit het volk?
  • Moet ik volken samen voegen?
  • Legt de koningin eitjes?
  • Is er voldoende voedsel?

Elke kast is in een andere conditie en er is geen standaard manier van handelen. Jij als imker bepaald wat er moet gebeuren. Het is verstandig om oude raten te vervangen, het is mogelijk om de extra broedbak weg te halen.

De oude bruine raten kan je omsmelten en van deze was kan je later nieuwe wafels gieten. Elk jaar probeer ik een 40 procent van de oude raten te vervangen.

Gewone inspecties

Nadat we de aftrap van het imker seizoen gehad hebben. Krijgen we de reguliere kast inspectie, deze inspecties vinden periodiek plaats.

Deze inspecties zijn vooral belangrijk aan het begin van het seizoen omdat je kan monitoren hoe het volk groeit.

Het bijenvolk controleren we op ruimte, BRIAS en gezondheid. En als er bijzondere ontwikkelingen gaande zijn dan kunnen we op tijd ingrijpen. Gedurende het voorjaar zal het volk zich sterk gaan ontwikkelen bij de eerste voorjaarsdrachten.

Door de voorjaarsontwikkeling van het volk zal het bijenvolk ook de eerste zwermverschijnselen vertonen. Nadat we de afleggers hebben gemaakt kunnen we de inspecties afbouwen. Omdat jonge moeren minder snel zullen zwermen en na de aflegger bouwen wij het aantal inspecties af naar eens per 14 of 21 dagen.

Laatste inspectie

Soms lijkt de tijd te vliegen als imker, de herinnering aan de lente is nog vers. Maar de winter klopt al weer aan de deur.

Het volk is weer bezig aan zijn wintervoorbereidingen als de eerste winterbijen worden geboren.

Tijdens de laatste inspectie is het van belang dat je kijkt of het bijenvolk voldoende wintervoorraad heeft. En waar nodig is het mogelijk om het volk extra winter voor te geven. En voor je het weet wens je de dames veel geluk tijdens de winter.

Nawoord

Elke keer als je de kast opent staat er een verassing op je te wachten. Bijen houden zich nooit aan het plan van de imker. Daarom moet je het jezelf nooit te moeilijk maken, wees flexibel en houd de inspectie kort en simpel.

Probeer een ritueel te creëren voordat je de kast opent. controleer bijvoorbeeld je roker, de ritsen van je pak en alle benodigdheden, om de kast inspectie soepel te laten verlopen. Heb altijd een doel voordat je de inspectie begint maar durf je plan tijdens de inspectie te veranderen.

Als je het even niet weet doe de kast even dicht voor een moment en plan je vervolgstappen.

Durf fouten te maken en reflecteer elke keer op wat je gedaan hebt. Bijenhouden is niet moeilijk maar er zijn een hoop variabelen om mee te spelen.

En het belangrijkste heb plezier in je hobby!

DIY Fondant:

Fondant is makkelijk zelf te maken en je hebt niet veel nodig.

Benodigheden: 1 deel honing en 4 of 5 delen poedersuiker

Werkwijze: Meng de poedersuiker door de honing tot een harde cake. Spreid dit uit op een krant en je kan deze op je toplatten leggen.

Notitie: Zorg dat je altijd eigen honing neemt, in honing van de winkel kan zich amerikaans vuilbroed bevinden. Mocht je volk besmet zijn met Amerikaans vuilbroed licht dan de lokale imkervereniging in. AVB is uiterst besmettelijk en de kans dat uw imkerij geruimd moet worden is vrij groot. 

Filed Under: Imkeren Tagged With: aspirant, bijen, imker, Inspectie, kastcontrole

  • Go to page 1
  • Go to page 2
  • Go to page 3
  • Go to page 4
  • Go to Next Page »

Primary Sidebar

Welkom!

Op deze website vind je een log met aantekeningen over onderwerpen die ik interessant vind. Om een beter begrip te krijgen over bijenhouden ben ik notities gaan maken. Echter door het bijenhouden ben ik anders naar de natuur gaan kijken. Ik deel hier mijn verhalen en aantekeningen over philosophie, bijenhouden en natuur in het algemeen. Welkom en veel leesplezier. Meer...

Recent Posts

  • Boommarter | Martes martes & Steenmarter | Martes foina
  • Bunzing | Mustela putorius
  • Hermelijn | Mustela erminea
  • Wezel | Mustela nivalis
  • Europese Das | Meles meles

Categories

Copyright © 2023 · Metro Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in