• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

Landlooper.nl

Bestemming onbekend

  • Home
  • Imker Notities
  • Wolken
  • Over Mij
  • Vogels | Kraaien
  • Shop
  • Investeer in Natuur

Kraaien van Nederland

April 29, 2020 by admin 2 Comments

kraaien van nederland
kraaien van nederland

De kraaiachtigen ondersteunen zich van andere soorten door hun vrij grote snavel die zijdelings enigszins platgedrukt is. Kraaien behoren ook to tde orde van de zangvogels. 

Over het algemeen zijn kraaien intelligente vogels welke soms schadelijk kunnen zijn, omdat ze vaak nesten van andere vogels plunderen of landbouwgewassen beschadigen. 

In nederland zijn er 6 soorten kraaien, en hieronder vind je een korte beschrijving van de soort. 

Zwarte kraai | Corvus corone

Kraai | Corvus corone
Kraai | Corvus corone

beschrijving; De zwarte kraai is inderdaad helemaal zwart, met soms een zichtbare donker groene glans. Qua formaat lijkt die op de roek en is hierbij groter dan een kauw en kleiner dan de raaf.  ze worden ongeveer 47 tot 53 centimeter groot. 

De snavel van de kraai is iets breder dan de roek en is wat stomper en heeft geen kalekale mondhoek. Het vliegen gaat wat lomer dan bij de roek. In Noord-Europa – met Denemarken als zuidelijkste punt – leven bonte kraaien. Op de grens van hun gebied met dat van de zwarte kraaien komen kruisingen voor. Die kruisingen kunnen ook wat grijze tinten vertonen. De vogel is ongeveer 47 cm groot.

Voorkomen; De zwarte kraai is als broedvogel te vinden in de polders en in bosgebieden. Soms zij het er zo veel, dat ze schadelijk zijn voor andere vogels. 

Gedrag/ leefwijze; Zwarte kraaien leven in paren of in gezinsverband, maar niet in kolonies. Het nest van de zwarte kraai is goed verborgen in bomen en struiken, meestal worden een stuk of vijf eieren gelegd. Ze zijn te vinden in west-, zuid- en centraal europa.

Voedsel; Het voedsel van de kraai is zowel plantaardig als dierlijk. Vooral in de broedtijd is de zwarte kraai een gevaar voor jong kleinwild (pasgeboren haasjes) en jonge vogels. Bovendien halen ze nesten uit. Dit is zeker het geval als de eigen jongen gevoerd moeten worden. ook op vuilnisbelten, bij maiskuilen en kleine verkeersslachtoffers zien we vaak zwarte kraaien. pasgeboren lammetjes zijn eveneens vaak slachtoffer van zwarte kraaien.

Pasbeboren haasjes leggen altijd in het gras te wachten tot de moeder haas terug komt. Wanneer de kraai een haas vindt kan hij de ogen van het jonge haasje eruit pikken waardoor hij zeker weet dat het jonge haasje blijft liggen. Echter sterft de jonge haas dan een pijnlijke dood.

Roek | Corvus frugilegus

Roek | Corvus frugilegus
Roek | Corvus frugilegus

beschrijving; De roek is zwart maar heeft een purperachtige metaalglans over zijn veren. Zijn snavel is vrij smal en puntig en heeft een kale witte plek bij de teugel (snavelwortel). Door deze plek lijkt de snavel langer dan die van een gewone kraai, dit hoeft echter niet het geval te zijn. Deze kale plek is er niet bij de jonge vogels. Zijn vleugelslag is sneller dan die van de zwarte kraai. De roek heeft bovendien een broek van afhangende dijveren. met zijn 46 cm is hij iets kleiner dan de zwarte kraai

gedrag/ leefwijze; De roek is een echte kolonievogel. Ze zwerven ook buiten de broedtijd vaak in groepen over bouw en weilanden. Roeken maken hun nesten bij elkaar in hoge bomen. Deze nesten worden vaak meerdere jaren gebruikt. 

voedsel; Roeken zijn echte alleseters en hebben weinig voorkeur ze eten bijvoorbeeld; zaden, bessen, regenwormen, larven, slakken, maar ook aas gaan ze niet voor uit de weg. Roeken kunnen ook nesten van vogels leeghalen, al heeft dit niet hun voorkeur. 

Roeken hebben een voorkeur voor sappige insecten waardoor ze veel schade in de landbouw kunnen voorkomen, door bijvoorbeeld schadelijke insecten (emelten of ritnaalden) op te ruimen. 

Maar aan de andere kan vinden ze net ingezaaide akkers een makkelijke maaltijd omdat de zaden makkelijk op een rij zijn geoogst, waardoor de boer weer opnieuw moet zaaien. 

Kauw | Corvus monedula

Kauw | Corvus monedula
Kauw | Corvus monedula

beschrijving; De kauw is voor het grote gedeelte zwart en is licht grijs in de nek en kan soms een blauwe glans over zich heen hebben. Zijn lichtgrijze tot blauwe ogen vallen op in contrast met zijn zwarte verenkleed. De kauw is ongeveer 33 cm groot waabij het de kleinste kraaiachtige in nederland is. Kauwen zijn ontzettend sociaal en kennen een duidelijke rangorde je zult ze dus ook vaak in grote getallen tegen komen. 

Voorkomen; De kauw komt haast overal voor en hebben hierbij een voorkeur voor hoge gebouwen (kerken, kastelen) en boerderijen. En het liefst met zoveel mogelijk nesten bij elkaar. 

gedrag/ leefwijze: De kauw is een holenbroeder waarbij hij soms andere vogels zoals de holenduif of steenuil eruit concureert. Kauwen zijn over het algemeen overal te vinden van platteland tot in de bebouwde kom. ze hebben een dieet wat bestaat uit ongewervelde insecten en zaden, granen en soms eieren. Vooral in de winter zwerven ze in grote groepen. 

Voedsel; voor hun voedsel zoeken kauwen onder andere ongewervelde insecten, zaden, peulvruchten, eieren, mais en graan. 

Raaf | Corvus corax

Raaf | Corvus corax
Raaf | Corvus corax

Bechrijving; De raaf is de grootste kraaiachtige welke in nederland voorkomt. De raaf kan een spanwijdte hebben van 1.2 meter en een gewicht van 1250 gram. hij heeft een zware snavel en een lange wigvormige staart. In de lucht kan hij de vreemsdste capriolen uithalen. De raaf kan 60 tot 70 cm groot zijn.

Raven zijn zeer intelligente vogels en kunnen een pact sluiten met wolven, de raaf scout hierbij naar gewonde dieren en lokken daarna de aandacht van de wolf. Als de wolf dan klaar is met eten kan de raaf daarna de rest op eten. Ook kan hij eten verstoppen en tot wel tientallen plekken onthouden.

Voorkomen De raaf was tot 1927 in nederland broedvogel. sinds 1966 komt hij hier door uitzetten weer in kleine aantallen in uitgestrekte bossen voor. Het is hierdoor een echte bosbewoner en je zult hem dus ook in vergelijking met de kraai niet in de stad tegen komen. 

Gedrag/ leefwijze; De raaf is van oorsprong een bosbewoner, het is een aaseter en zoekt als een gier naar (slacht) afval, onder meer ingewanden van geschoten grote hoefdieren en dood wild.
Daarnaast eet hij ook insecten, kleine knaagdieren, larven, wormen, jonge vogles en fruit en bessen. 

Ekster | Pica pica

Ekster | Pica pica
Ekster | Pica pica

Beschrijving; De ekster komt soms over als een wat brutale vogel, hij is heel speels valt direct op door zijn zwart-witte verenpak en zijn lange staart. Over de veren ligt een blauwgroene purperen glans. De ekster kan ongeveer 46 cm groot zijn. 

Voorkomen; De ekster komt vaak in paren of in kleine groepen voor in open landschappen met wat bomen en struiken. Hij is ook te vinden in de buurt van de mens. 

gedrag/ leefwijze; Eksters maken een rond tot ovaal nest met een of twee vlieggaten aan de zijkant. Deze nesten bouwen ze vaak in hogen bomen, welke zeer kenmerkend zijn in de winter als het blad van de bomen is gevallen.. 

Voedsel; Eksters eten zowel plantaardig als dierlijk voedsel. het dierlijke voedsel heeft zijn voorkeur waarbij jonge vogels, eieren en kleine zoogdieren op het menu kunnen staan. Wat betreft plantaardig voedsel eet hij eikels granen en andere granen/ bessen welke beschikbaar zijn. 

Vlaamse Gaai | Garrulus glandarius

Vlaamse Gaai | Garrulus glandarius
Vlaamse Gaai | Garrulus glandarius

Beschrijving; De vlaamse gaai heeft een rozebruine romp, een zwarte staart met een witte stuit en blauwzwart gestreepte vleugeldekveren. Dit maakt hem eigenlijk wel de kleurrijkste kraaiensoort in nederland. Hij is ongeveer 34 cm groot wat hem iets groter maakt dan de kauw. In de bosbouw hebben ze graag vlaamse gaaien omdat deze net zoals de eekhoorn graag nootjes verstopt welke hij soms vergeet waardoor hij zorgt voor nieuwe bomen aanplant. 

Voorkomen; De vlaamse gaai is in nederland een standvogel, maar in de herst komt er nog een behoorlijke doortrek van noordelijke vogels bij. hij is te vinden in bossen en parken. 

gedrag/ leefwijze; het nest van de vlaamse gaai is doorgaans te vinden in jong opgaand hout. hij legt een 5 tot 7 eieren en broedt een 16 dagen.

Voedsel; Zijn voedsel bestaat meestal uit zaden, eikels, rupsen en kevers, maar in het voorjaar kan hij aardig huishouden in de nesten van zangvogels. hij zoekt de nesten stelselmatig af naar eieren en jongen.

 

Filed Under: Uncategorized

Menselijke Anatomie | Tekenen

July 2, 2019 by admin Leave a Comment

Schilders en tekenaars zijn al eeuwen geïntigreerd in het tekenen van mensen. Er zijn al vele kunstwerken en tekeningen aangewijdt, maar wanneer jezelf begint met het tekenen van het menselijke figuur zul je zien dat het menselijk lichaam ontzettend complex is.

Om voor mezelf een begrip te krijgen over de constructie en vormen van de mens heb ik een referentie studie gemaakt. Dit is om mijzelf te herinneren aan wat voor spieren zichtbaar zijn bij de mens. Ik heb ze uitgewerkt in photoshop en hopelijk heb je er wat aan.

Probeer bijvoorbeeld in de spiegel te observeren wat voor spieren je ziet bewegen. Begin wellicht bij de voorarm welke relatief veel zichtbare spieren heeft. Je zult niet alle spieren bij mensen kunnen zien omdat er voor het grote deel ook een grote laag vet overheen zit. Als jezelf aan de slag gaat met anatomische studies kan ik je het boek: ‘Classic Human Anatomy’van Valerie L. Winslow aanraden. Dit is geen model of figuur teken boek maar is zeer geschikt om kennis te maken met de vormen en vlakken van het lichaam.

Spieren van de Torso | Buik en Rug

Spieren Torso Buik Rug leren tekenen anatomie
Spieren Torso: Buik en Rug anatomie

Spieren van de torso:

  1. Pectoralis major/ minor
  2. Rectus Abdominus
  3. External Oblique
  4. Serratus Anterior
  5. Trapezium
  6. Deltoid
  7. Lattisimus Dorsi
  8. Rhomboid Major/ Minor
  9. Infraspinatus
  10. Teres Minor
  11. Teres Major

Spieren van de Arm | Anatomie

Spieren van de arm leren tekenen anatomie
Spieren van de arm | Anatomie
  1. Triceps Medial
  2. Triceps Long
  3. Triceps Lateral
  4. Brachialis
  5. Deltoid
  6. CaracoBrachialis
  7. Biceps
  8. Infraspinatus
  9. Teres Minor
  10. Teres Major
  11. Palmaris Longus
  12. Flexor Carip Radialis
  13. Pronator Teres
  14. Flexor Carpi Ulnaris
  15. Extensor Carpi Ulnaris
  16. Extensor Digitorum
  17. Extensor Carpi Radialis Brevis
  18. Anconeus Dorito
  19. Brachioradialis
  20. Extensor Carpi Radialis Longus
  21. Abductor Pollicis Longus
  22. Extensor pollicis Brevis

Spieren van het Bovenbeen | Anatomie

Spieren Bovenbeen anatomie tekenen
Spieren Bovenbeen Anatomie
  1. Vastus Lateralus (Onderdeel Quadriceps)
  2. Vastus Medialus (Onderdeel Quadriceps)
  3. Rectus Femoris (Onderdeel Quadriceps)
  4. Iliopsoas (Onderdeel Adductoren)
  5. Pectineus (Onderdeel Adductoren)
  6. Adductor Longus (Onderdeel Adductoren)
  7. Gracilis (Onderdeel Adductoren)
  8. Semimembranosus (Onderdeel Flexors/ Hamstring)
  9. Semitendinosis (Onderdeel Flexors/ Hamstring)
  10. Biceps Femoris Long (Onderdeel Flexors/ Hamstring)
  11. Biceps Femoris Short (Onderdeel Flexors/ Hamstring)
  12. Gluteus Medius
  13. Gluteus Maximus
  14. Tensor Fasciae

Spieren van het Onderbeen | Anatomie

Spieren onderbeen leren tekenen
Spieren onderbeen | Anatomie
  1. Peroneus Brevis
  2. Peroneus Longus
  3. Extensor Digitorum Longus
  4. Tibialis Anterior
  5. Soleus
  6. Gastrocnemius

Filed Under: Tekenen Tagged With: arm tekenen, bovenbeen tekenen, onderbeen tekenen, torso tekenen

Realistische Handen | Leren Tekenen

May 16, 2019 by admin 2 Comments

Hand leren tekenen

Ik vind handen een van de moeilijkste dingen om te tekenen. Dit komt voornamelijk door de vrijheid die de handen hebben. Ze hebben meerdere vrijheidsgraden en kunnen in oneindig veel standen en poses vast gelegd worden.

Naast dat een hand meerdere vrijheidsgraden heeft bestaat deze ook nog is uit spier, pees, bot, huid en kraakbeen welke allemaal hun eigen vormen hebben. Dit allemaal bij elkaar geeft de hand iets elegant en als dit goed getekend is kan dit prachtig zijn om naar te kijken. En wanneer een hand goed is afgebeeld kan het veel vertellen over de persoon waar de hand van is. 

Om goed handen te kunnen tekenen, moet je weten hoe deze in elkaar zit en kunnen versimpelen. Hier onder zie je schematisch een hand weergegeven met zijn verschillende vormen. 

Vormen van de hand
Vormen van de hand

Wat vaak helpt is het onderwerp (in dit geval de hand) tot simpele vormen te ontleden en de grote vormen eerst op papier te zetten. Hierna kan je stap voor stap de vormen kneden tot een realistisch hand. Hiernaast kan je nog gebruik maken van vloeiende lijnen om de ritme van de arm op papier te vangen. Hierover zometeen een voorbeeld. 

Ik ontleed de hand vaak zoals in onderstaande tekening is afgebeeld. Alle vingers inclusief de duim bestaan uit drie delen. De vingers kunnen in hoofdzaak worden afgebeeld als 3 cilinders. De duim heeft een L vorm met 2 losse cilinders.

Grote Vormen van de hand

De Grote vormen van de hand zijn te verdelen in de hand (groen), vingers en de duim . Zoals je kunt zien bestaat de hand uit verschillende botjes. Voor het makkelijke kunnen we ervan uitgaan dat de vingers en de duim met drie vormen (blauw, oranje, rood) aan de basis  (groen) van de hand zitten. 

Vormen op de hand

In je hand bevinden zich spieren, pezen, bloedvaten en vetweefsel welke uiteindelijk de hand zijn karakteristieke vorm geven. De volgende vormen zoals boven weergegeven zijn het belangrijk. Onder de knokkels, duim van de muis en de wreef van je hand.

Vingers hebben boven op het gewricht overtollig huid welke nodig is om de vinger te laten buigen. Aan de binnenkant van de hand bevinden zich kleine kussentjes welke goed te zien zijn bij mensen die meer met hun handen werken.

Plaatsing duim

Als de hand plat op tafel ligt lijkt het of alle vingers en je duim recht naast elkaar aan je pols vast zitten. Wanneer je de hand ontspannen horizontaal voor je gezicht houdt, zie je dat de duim een andere plaats op de hand heeft. Probeer dit te onthouden als je zometeen oefent om handen te tekenen.  

Dit is in de notendop alle anatomie en constructie, die je als beginner moet weten om effectief handen te kunnen tekenen.

Handen stap voor stap

Gebruik bij de komende stappen stap 1 t/m 3 een HB potlood en schets  licht op papier . Vanaf stap 4 kan je bijvoorbeeld een 2 B potlood gebruiken.

stap 1

hand tekenen actie lijn

De eerste stap is het ritme van de arm te vinden. Dit doe ik door een grote actielijn op papier te zetten. Maak deze lijn met een grote schetsende beweging.  

Stap 2

hand tekenen grote vormen

Als volgt zet ik de grote vorm van de achterkant van de hand neer, hierbij houd ik ook rekening met de muis van de duim. Teken ook een stuk van de arm, zodat de arm meer een geheel vormt.

Stap 3hand tekenen vingers

Bepaal de basisvorm van de vingers, dit zijn vaak cilinders welke in perspectief getekend zijn.

Stap 4

hand tekenen combineer vormen

Zodra je de fundatie van je tekening hebt neer gezet kun je de eventueel met een 2 B potlood de vormen met elkaar te verbinden. Meestal sla ik stap 1 t/m 3 op papier over en probeer ik de grote vormen voor mezelf op papier in te beelden. Maar voordat je dit kunt doen is het eerst belangrijk om de anatomie en proporties van de hand te kennen en te oefenen.

handen tekenen schaduw en highlights

Door als laatste stap schaduw en highlights toe te voegen aan je tekening krijgt deze meer diepte.

Gefeliciteerd je kunt nu als je bovenstaande stappen gevolgd hebt zelf handen tekenen.

Filed Under: Tekenen, Uncategorized Tagged With: handen, leren tekenen, realistisch, stap voor stap

Lijnperspectief | Leren Tekenen

March 8, 2019 by admin Leave a Comment

twee puntperspectief
twee puntperspectief

We zien alles om ons heen in perspectief, bijvoorbeeld gebouwen, landschappen en zelf mensen of dieren worden in perspectief weergegeven.

Als je de wereld om je heen wilt vertalen naar papier is het goed om de basis van lijn perspectief te gebruiken. In dit artikel zal ik een korte introductie geven. 

Door lijnperspectief goed te beheersen is het mogelijk om realistisch objecten te tekenen. Tegenwoordig tekenen ingenieurs en architecten veel in 3D software, voor het ontwerpen van auto’s, gebouwen hadden zij dus een goede basis nodig om de objecten realistisch over te laten komen.

De basis welke hieronder uitgelegd wordt is een versimpeling van de realiteit, maar zeker een goed begin om je op weg te helpen. 

Verdwijnpunt [vp] en parallelle lijnen

De zichtlijn wordt altijd bepaald door hoe je tegen een object aankijkt. In een landschap is de horizon vaak de zichtlijn omdat hier vaak tegen aangekeken wordt.

Een zichtlijn is dus niks anders dan een horizontale lijn welke het oogpunt kruist. Deze horizontale lijn moet je niet verwarren met de horizon.

De positie van de zichtlijn bepaald hoe het object wordt waargenomen en hoe deze in de ruimte wordt waargegeven. De horizon welke constant is is belangrijk omdat hier de verdwijnpunten naar toe lopen.

Een kubus heeft drie assen, een X-, Y- en Z- as. Als we in perspectief op deze assen parallelle lijnen plaatsen zullen deze in het oneindige weg lopen. In het verdwijnpunt kruisen zij elkaar.

Het verdwijnpunt is dus de plek waar deze evenwijdige lijnen zich kruisen op de horizon. Onthoudt dat er om je heen oneindig veel verdwijnpunten zijn, maar laat je hierdoor niet misleiden. 

In onderstaande plaatjes worden voor het gemak alleen kubussen en rechthoeken gebruikt. Maar perspectief is natuurlijk ook van toepassing op meer organischere vormen.

Onzichtbaar of Oneindige verdwijnpunten

Als een object op korte afstand wordt waargenomen kan het lijken alsof het er geen verdwijnpunt is.

Er kunnen dan twee dingen gaande zijn.

Het verdwijnpunt kan net buiten het beeld liggen of het object wordt waar op zo’n korte afstand waargenomen dat je ervan uit kan gaan dat het verdwijnpunt op oneindig staat.

driepuntsperspectief

De meest linkse kubus is in drie puntperspectief weergegeven, wat betekend dat deze kubus 3 verdwijnpunten heeft [VP1, VP2, VP3]. Voor het gemak gaan we er even vanuit dat het zwarte kader de omlijsting van een schilderij is.

VP2 bevindt zich dus binnen de tekening, dit is anders voor VP2 en VP3. Deze bevinden zich buiten de tekening, mocht dit gebeuren dan trek ik meestal een denkbeeldige lijn door buiten de tekening.

VP4 is in het paars weergegeven en omdat onze zichtlijn gelijk loopt met de weergegeven horizon heeft de kubus maar twee verdwijnpunten [VP2, VP3]. Als er evenwijdige lijnen worden getrokken over de verticale assen dan kan je voor het gemak ervan uitgaan dat de verdwijnpunten naar het oneindige lopen.

Soorten perspectief

Hieronder drie verschillende soorten perspectief weergegeven. Onderstaande voorbeelden zijn bedoeld om een algemene introductie te geven in perspectivische weergave.

[1] Eenpuntsperspectief

Eenpuntsperspectief is eigenlijk een centraal perspectief, vaak te vinden bij een rechte weg of spoorbaan welke in de verte wegloopt.

 

 

1 Punt perspectief
1 Punt perspectief

 

  1. Eenpuntsperspectief teken je door eerst een kader op papier te zetten, het is makkelijk als deze vier negentig graden hoeken heeft.
  2. Als volgt zet je een horizon neer, waarna je het verdwijnpunt kan bepalen. In bovenstaand voorbeeld zie je de verdwijnpunt in het midden staan maar schuif hem gerust naar rechts of naar links.
  3. Teken op een willekeurige plek in het kader een paar vierkanten en rechthoeken.
  4. Als je klaar bent met de vierkanten of rechthoeken kan je beginnen met de constructielijnen. Dit kan je denkbeeldig doen, of met een liniaal, dit maakt voor het leren van perspectief niet uit.
  5. Leg de liniaal met een kant op de hoek van de kubus of rechthoek en de andere kant op het verdwijnpunt, trek daarna een lijn met pen of potlood. Herhaal dit tot je elke constructielijn getekend hebt.
  6. Om nu de kubus of rechthoek af te maken trek je een rechte verticale lijn in de diepte van de constructielijn. als volgt kan je een horizontale rechte lijn trekken tussen de andere constructie lijnen. Als het goed is lijkt deze nu op een kubus.

[2] Tweepuntsperspectief

In onderstaande afbeelding gebruiken we twee verdwijnpunten. Bij de middelste kubus kijk je recht tegen de kubus aan, let goed op hoe dit blok getekend wordt. De uiteindes van de middelste verticale lijn lopen beide in tegen gestelde richting. Dit is een verschil met de bovenste en onderste kubus waar je tegen de onder of bovenkant aan kan kijken.

twee puntperspectief

  1. Tweepuntsperspectief teken je door eerst een kader op papier te zetten, het is makkelijk als deze vier negentig graden hoeken heeft.
  2. Als volgt zet je een horizon neer, waarna je twee verdwijnpunten kan bepalen. Zet deze verdwijnpunten niet te dicht bij elkaar, anders komen de vormen niet zo mooi uit.
  3. Omdat we nu twee verdwijnpunten hebben kunnen er niet zomaar vierkanten getekend worden in het kader. We kijken in tweepuntsperspectief tegen de grens van de kubus aan. Teken daarom meerdere verticale lijnen binnen het kader.
  4. Als je klaar bent met de verticale lijnen kan je beginnen met de constructielijnen. Dit kan je denkbeeldig doen, of met een liniaal, dit maakt voor het leren van perspectief niet uit. Leg dus de liniaal met een kant op de hoek van de kubus of rechthoek en de andere kant op het verdwijnpunt, trek daarna een lijn met pen of potlood. Herhaal dit tot je elke constructielijn getekend hebt.
  5. Teken nu in het verlengde van de verticale lijn en tussen de evenwijdige constructie lijnen nog een verticale lijn. Doe dit aan beide zijde van de eerst getekende verticale lijn.
  6. Herhaal stap 4 en teken weer evenwijdige lijnen voor de nieuw getekende verticale lijnen. Als het goed is, zijn er nu twee punten waar de constructielijnen elkaar plaatsen. Verbind deze twee punten weer met een verticale lijn.
  7. Als het goed is zie je nu een kubus in tweepuntsperspectief, in de afbeelding hierboven heb ik de vorm met zwarte lijn gemarkeerd.

[3] Drie punt perspectief

Bij drie punt perspectief gebruiken we 3 verdwijnpunten. Hierbij loopt elk vlak naar een verdwijnpunt toe en kunnen we niet als in vorige voorbeelden bij sommige vlakken eindeloze verdwijnpunten gebruiken.

driepuntsperspectief
driepuntsperspectief
  1. Drie punt perspectief teken je door eerst een kader op papier te zetten, het is makkelijk als deze vier negentig graden hoeken heeft.
  2. Als volgt zet je een horizon neer, waarna je twee verdwijnpunten kan bepalen op de horizon. Vergeet geen derde verdwijnpunt te tekenen ergens aan de bovenkant van het kader. Zorg dat de verdwijnpunten een driehoek vormen.
  3. Omdat we nu drie verdwijnpunten hebben kunnen er niet zomaar vierkanten getekend worden in het kader. We kijken in drie punt perspectief tegen de hoek van de vorm aan. Zet daarom een stip ergens op het kader, de stip moet zich tussen de verdwijnpunten bevinden.
  4. Als de stip is gezet, teken je vanaf de stip een lijn naar elk verdwijnpunt.
  5. Over deze constructielijn kan je de lengte van de kubuslijn bepalen. Trek daarna vanaf het uiteinde van deze zwarte lijn, weer een constructielijn naar elk verdwijnpunt. Doe dit voor alle drie de lijnen.
  6. Je kan nu de tussenruimte tussen de kubusvormen afmaken door een lijn te trekken tussen de constructielijnen. De voorzijde van de vorm is nu zichtbaar en je kijkt wellicht tegen de zijkanten en onder of bovenkant aan.

 kikvorsperspectief  en vogelvluchtperspectief

Als fotograaf of kunstenaar kan je perspectief gebruiken om je onderwerp in je compositie anders te laten belichten. In het alledaagse leven zien mensen de wereld in normaal perspectief wat betekend dat zichtlijn en horizon op ooghoogte liggen.

Het onderwerp kan anders benaderd worden door het oogpunt omhoog of omlaag te brengen. In het geval dat je het onderwerp vanaf onder benaderd heet dit kikvorsperspectief (perspectief vanuit het oogpunt van een kikker). En vanaf bovenaf heet het een vogelvluchtperspectief.

Vogelsperspectief
Vogelsperspectief
kikvorsperspectief
kikvorsperspectief

Filed Under: Tekenen Tagged With: driepuntsperspectief, eenpuntsperspectief, lijnperspectief, tweepuntsperspectief, verdwijnpunt

Bosrand & Struweel | Ecologie

January 3, 2019 by admin Leave a Comment

Als je over een landweg loopt langs dichtbegroeid bos lijkt het soms alsof deze ondoordringbaar is. Het bos vormt een geheel waarbij je opkijkt tegen een groene muur.

Vaak passeer je deze muur door een bospad wat slingerend het bos in verdwijnt.

De plantengemeenschap in het bos vormen samen een ecosysteem waarbij deze ‘groene muur’ onmisbaar is en uit twee verschillende delen bestaat. Namelijk een struweel en de rand gemeenschap welke bestaat uit een lage kruidlaag.

Bescherming

Elk ecosysteem is zuinig op het voedsel en water wat aanwezig is. Hierbij ontstaat er een gezonde voedsel en waterbalans in de bodem.

Elk stukje grond in het bos is bedekt met een organisme, dit kan een mos varen of boom zijn. Een bos is te verdelen aan verschillende lagen en elke plant past zich aan deze harmonie aan.

Doordat alle planten dicht op elkaar staan, voorkomt dit onnodig verlies van uitdroging en voedsel verlies door bijvoorbeeld erosie. Elk stukje grond in het bos wordt benut door een organisme welke strijd voor zijn bestaan.

Langs het bos vind je bosrand welke vooral bestaat uit kruidachtige en struikachtige welke een flinke dichtheid hebben. Deze soorten groeien bijna niet in het bos zelf omdat de bomen welke er boven groeien te veel licht tegen houden.

Deze soorten zijn wel uitermate geschikt voor langs randen van bossen omdat ze licht of halfschaduw nodig hebben.

Het is mogelijk om snel gaten binnen het boslandschap te kunnen dichten. Wanneer er een boom omvalt bestaat er een gat waardoor de grond kan uitdrogen en het evenwicht kan verstoren.

Snelgroeiende soorten kunnen dit gat opvangen. Hierbij fungeren deze planten als een soort pleister. Het bos kan daardoor zijn balans weer herstellen.

Er is dus een samenhang tussen de verschillende lagen in het bos waarbij ze samen zorgen dat er weinig water en voedsel verloren gaat.

Ook is het belangrijk dat het gat in het bos wordt opgevuld omdat de planten samen sterker staan tegen eventuele wind of andere stormen.

Struweel

Een struweel bestaat vaak uit struiken van verschillende hoogtes, vaak 1 tot 5 meter hoog. Tussen de struiken kunnen zich meerdere klimop soorten bevinden. Verschillende klimopsoorten kruipen over de bodem en/ of richting de boomtoppen.

Struwelen bevinden zich langs bosranden, sloten en andere open vlaktes. In de duinen komen ze ook veel voor omdat veel soorten een vrij diverse variatie aan externe factoren kunnen hebben.

Kenmerkend zijn ook industrieterreinen met braakliggende grond, deze kunnen voor een merendeel binnen 2 tot 3 jaar bedekt worden.

Vaak wordt er gedacht dat er bos nodig is om veel biodiversiteit te garanderen. Dit is echter niet het geval, de meeste biodiversiteit bevindt zich in dit soort dichtbegroeide struwelen.

Deze randen zijn vaak moeilijk te bereiken, doordat er soorten bevinden welke veel stekels en doornen bevatten. Denk aan de braam, meidoorn of hondsroos. Dit zorgt dus voor een optimale schuilplaats voor planten, insecten en, kleinere wild- en vogelsoorten.

Onder de struiken is een dikke kruidlaag beschikbaar welke samen met de vruchtdragende planten soorten voor voldoende voedsel aanbod zorgen voor bijen en vlinders.

Voor de ruilverkaveling waren er dus nog vele houtwallen en struwelen beschikbaar welke dekking verzorgde voor zowel haas, konijn, patrijs, fazant, houtsnip en nog vele andere soorten.

In een uitgedund bos kunnen deze soorten ook voor overlast zorgen doordat ze jonge boompjes in de schaduw kunnen drukken waardoor ze geen licht meer krijgen en langzaam zullen afsterven.

Dit is normaal niet het geval omdat bomen dicht genoeg op elkaar gepland zijn waardoor deze struiksoorten verdrukt worden en geen licht meer krijgen.

Bomen van dezelfde soort kunnen wel tegen dit licht tekort omdat de ‘moederboom’ via mycorrhiza schimmels voedingsstoffen aan de jonge planten geeft.

Bij een uitgedund bos moet er voldoende beheer worden plaatsgevonden om deze struiksoorten “kort” te houden totdat de jonge bomen groot genoeg zijn om de bomenlaag weer te herstellen.

Uitbreiding bos

Vanuit het bos heb je dus een geleidelijke fasering van bomen naar struiken en daarna de kruidachtigen welke de rand gemeenschap vormen. Deze rand gemeenschap van kruiden en grassen vormt bij primaire successie een frontlinie naar nieuw potentieel terrein.

Primaire successie is bijna niet van toepassing in de huidige natuur. Omdat bij primaire successie de natuur vanaf niets begint bij het opbouwen van een ecosysteem.

Primaire successie vindt in nederland alleen nog in de duinen plaats of andere schrale gronden. Hierbij komt zand met weinig tot geen voedingsstoffen aanwaaien waarbij pioniersoorten langzaam een humuslaag opbouwen.

Uiteindelijk wanneer er een humuslaag gevormd wordt, kunnen er struiksoorten groeien welke het process naar een climax bos versnellen.

Door de vallende bladeren stapelt de humuslaag zich op waarbij het bos zich over tientallen jaren langzaam kan uitbreiden.

Langzaam zal er een climax bos ontwikkelen welke volledig in balans is met zijn omgeving. De bosrand met zijn klimop soorten, struiken en kruiden laag beschermt het bos tegen uitdroging en erosie.

Filed Under: Ecologie Tagged With: Bosrand, randgemeenschap, struweel

  • « Go to Previous Page
  • Go to page 1
  • Go to page 2
  • Go to page 3
  • Go to page 4
  • Interim pages omitted …
  • Go to page 9
  • Go to Next Page »

Primary Sidebar

Welkom!

Op deze website vind je een log met aantekeningen over onderwerpen die ik interessant vind. Om een beter begrip te krijgen over bijenhouden ben ik notities gaan maken. Echter door het bijenhouden ben ik anders naar de natuur gaan kijken. Ik deel hier mijn verhalen en aantekeningen over philosophie, bijenhouden en natuur in het algemeen. Welkom en veel leesplezier. Meer...

Recent Posts

  • Boommarter | Martes martes & Steenmarter | Martes foina
  • Bunzing | Mustela putorius
  • Hermelijn | Mustela erminea
  • Wezel | Mustela nivalis
  • Europese Das | Meles meles

Categories

Copyright © 2023 · Metro Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in